De Kelten wisten al dat je goed wijn kon verbouwen in het Traisental. Hier is de oudste druivenpit van een wijndruif uit de vroege bronstijd ooit gevonden. Het gebied ligt ten zuiden van de Donau aan beide oevers van de Traisen. De Traisen is een rivier waardoor vanuit het zuiden water uit de Alpen naar de Donau stroomt. De monding van de Traisen is oostelijk van het Kremstal. Dit betekent dat ook in het Traisental de Pannonische warmte nog invloed heeft, hier afgewisseld met koudere luchtstromingen vanuit de Alpen. De wijngebieden liggen niet ver van de monding in de Donau, waardoor de brede Donau ook hier nog voor temperatuurregulering kan zorgen.
Traisental is het wijnbouwgebied in Oostenrijk met het grootste percentage Grüner Veltliner (63%). Daarnaast worden hier hoofdzakelijk Riesling wijnen gemaakt. Dit komt met name doordat de wijnstokken hier op terrassen staan met droge breuksteen bodem die zeer kalkrijk is. Een ideale ondergrond voor de hier unieke kenmerken van Grüner Veltliner met fruitige en kruidige tonen. Riesling heeft hier vaak een krachtig profiel gedragen door een sterke ruggengraat van mineralen met een mooie structuur van zuren. Het zijn doorgaans wijnen die goed kunnen ouderen.
Traisental is een aangenaam gebied waar ook veel soorten fruit vandaan komt. Het is dan ook een populair oord voor met name Oostenrijkse toeristen die hier komen wandelen en genieten van de mooie producten en goede horeca. Dit wordt allemaal aaneengesmeed door de wijncultuur. Veel wijnboeren hebben hier een Buschenschank waar de Grüner Veltliner en de Riesling zich van hun beste Traisentalse kant laten zien. Bij vele wijnbedrijven zie je ook kleine producties van andere druiven, zoals Weissburgunder, Gelber Muskateller, Roter Veltliner, maar ook de rode soorten Pinot Noir, Blauer Zweigelt en Sankt Laurent.
Foto: Weingärten im Traisental
© ÖWM / Robert Herbst